Een voorraad potgrond is handig om zaaibakjes te vullen, kamerplanten te verplanten, om potten en bakken te vullen voor pompoenen of bloemen. De ene potgrond is de andere niet, dat ervaren we vaak snel. Nu blijkt dat turf, een belangrijk element van potgrond, beter niet meer gebruikt wordt. Waarom?
Hanne Denaeghel doet bij het Proefcentrum voor Sierteelt onderzoek naar de samenstelling van potgrond en mogelijke alternatieven. “Men kan perfect potgrond maken zonder turf in. Het is zoeken naar lokale producten die de eigenschappen van turf benaderen. Voor de consument is het even wennen om hierin plantjes te kweken, maar het lukt prima.”
Het probleem is de turf
Sinds jaar en dag bevat een zak potgrond turf (ook veen genoemd). Je vindt zakken met 100% turf, er zijn ook zakken met 0% turf.
Veen is een mosplantje , Sphagnum mos, dat groeit in een moerassig gebied. Dit mosplantje groeit in laagjes bovenop elkaar en vormt zo dikke matten. Bovenaan leeft het mosplantje, terwijl dieper in de mat het plantje sterft en langzaam verteert. Dat verteringsproces vormt na honderden tot duizenden jaren de turf die wij ontginnen om te verwerken in potgrond.
Wat is er mis met turf?
Om die turf te oogsten, moet het moeras worden drooggelegd en de turf wordt dan laagje per laagje geoogst. Maar van zodra dit moeras wordt drooggelegd, start een afbraakproces en komen grote hoeveelheden broeikasgassen vrij. We ontginnen turf veel sneller dan het zich kan vormen, dus turf is zeker niet hernieuwbaar en duurzaam product. Het wordt vooral in de Baltische staten ontgonnen. De turf wordt per schip of vrachtwagen vervoerd tot bij de klant, die het dan gewoon weer in de grond steekt. Het stemt tot nadenken over het inschakelen van alternatieven.
Is turf echt nodig in potgrond?
Het is vooral handig in het gebruik: turf heeft de ideale eigenschappen om planten in te laten groeien. Het breekt heel langzaam af en behoudt lang zijn structuur. Turf is luchtig en heeft een goede verhouding water-lucht voor de plantenwortels. Het is ook een product met een zeer stabiele zuurtegraad met weinig schommelingen, wat voor planten gunstig is.
Potgrond bevat soms zelfs 100% turf, terwijl dit niet noodzakelijk is. Onderzoek heeft uitgewezen dat men ook kwalitatieve potgrond kan maken zonder turf, enkel met alternatieven.
Wat zijn de alternatieven voor turf in potgrond?
Op het proefcentrum voor sierteelt hebben we verschillende proeven aangelegd met alternatieven voor turf. Dit is gedaan in samenwerking met verschillende potgrondproducenten. We zien dat het perfect mogelijk is om potgrond te maken die voor 100% uit duurzame alternatieven bestaat, maar er moet goed worden nagedacht over de samenstelling. Er zijn weinig alternatieven die je op zich kunt gebruiken als vervanger. Voor goede potgrond is een doordacht mengsel van alternatieven nodig wil men de eigenschappen van turf zo dicht mogelijk benaderen. Soms gebruikt men een mengsel met een klein aandeel turf en 20-40% houtvezel. Compost is ook een heel goeie grondstof, schors ook.
Vaak worden kokosproducten bewierookt als alternatief. Qua eigenschappen klopt dat helemaal, het is inderdaad een goed alternatief voor veen. Het gruis en de vezel zijn restproducten van de kokosindustrie, in die zin zijn het overschotjes die verwerkt worden (hernieuwbaar). Over de duurzaamheid kan je twijfelen. Kokosproducten worden ingevoerd vanuit Azië en hebben duizenden kilometers afgelegd voor ze in onze potgrond terechtkomen. Ze ondergaan ginds ook nog een bewerking wat de ecologische voetafdruk nog vergroot. De aanvoer is ook niet voldoende om alle turf te kunnen vervangen. We moeten dus echt op zoek naar duurzamere alternatieven die meer lokaal zijn, zoals compost, houtvezel en gedroogde plantenresten.
Aandachtiger tuinieren zonder turf
Planten in volle grond hebben geen potgrond nodig. Je kan de aarde in het plantgat verrijken met compost of met verrijkte teelaarde, dat is de vruchtbare bovenste laag van landbouwgrond.
Voor bloemen en planten in bloembakken kan je perfect gebruik maken van potgrond zonder turf. De eigenschappen van potgrond zonder turf zijn echter min of meer verschillend van wat we gewoon zijn. Het vraagt daarom een aangepaste manier van water geven en bemesting om planten te kweken op alternatieve potgrond. Maar dat is met een klein beetje liefde en aandacht voor de planten gemakkelijk op te volgen. Start daarom met kwalitatieve planten die goed doorworteld zijn, niet uitgedroogd of slap hangen. Plant ze in het juiste seizoen en de goede weersomstandigheden.
Ik heb nog potgrond met turf, wat nu?
Als je een potgrond hebt gekocht die hoofdzakelijk uit turf bestaat, kan je deze mengen met compost, eventueel uit eigen compostvat, en met aarde uit je tuin. Dat vergroot de massa. Deze compost en aarde bevatten veel voedingstoffen en bodemleven, waardoor je planten mooi groen en gezond zullen blijven en je minder zal moeten bijbemesten.
Wat brengt de toekomst?
Het is nog te vroeg om alle potgrond veenvrij te maken is. Veen is momenteel in de tuinbouwsector echter een onmisbaar bestanddeel in vele teeltsubstraten dat zich niet zomaar laat vervangen door enig ander materiaal. Het heeft enkele eigenschappen die heel belangrijk zijn voor planten, de hoeveelheid water en lucht in het veen is ideaal voor planten en de zuurtegraad ook, plus het breekt maar heel traag af. De eisen voor alternatieve grondstoffen zijn dus heel specifiek om een bruikbare alternatieve potgrond te kunnen bieden. Alternatieven moeten bijvoorbeeld van een constante kwaliteit zijn en in voldoende hoeveelheden leverbaar, wat momenteel niet altijd het geval is.
Onze buurlanden hebben ook veel aandacht voor deze problematiek of hebben zelfs al een wettelijke verplichting om het aandeel turf te verminderen. Hier in Vlaanderen wordt werk gemaakt van een overeenkomst waarbij de volledige keten wordt betrokken om het turfgebruik in potgrond te verminderen. OVAM, de openbare Vlaamse Afvalstoffen Maatschappij betrekt daarbij onderzoekers zoals het Proefstation van Sierteelt, maar ook potgrondproducenten, tuincentra en leveranciers van alternatieven. Samen met de sierteelt en de aardbeisector zetten ze gezamenlijk de schouders onder dit engagement om tegen 2025 een vermindering van 10% in turfgebruik te realiseren. Ook de consument zal genieten van dit engagement.
Bron: Hanne Denaeghel, onderzoeker bij het Proefcentrum voor Sierteelt (PCS), dit is een onafhankelijk kenniscentrum voor sierteelt en groen in Vlaanderen.