Menu

Terug naar Actualiteit >Rode biet is supergezond

Geschreven op 05 juli 2017. - Nieuws, Tuinieren
rode biet

Een gezonde groente die je zonder zorgen kan telen. Culinair kan je er 101 kanten mee op. Verwerk het jonge blad of de knol in een rauwkostschotel of ga voor een recept waarin de groente gekookt of gestoofd wordt. En dan zijn er nog de technieken om de biet op te leggen.  

 

Rode bieten kunnen ook roze, oranje of geel zijn.

 

Waar en wanneer?

  • Zaai rode biet op een zonnige plek.
  • In maart kan je voorzaaien in een bakje om ze vanaf half mei buiten uit te planten.
  • Buiten zaaien vanaf april. 1 cm diep, 5 cm uit elkaar en 25 cm tussen de rijen.

 

Hoe zaaien?

Het dikke zaad is een kluwen van meerdere zaden. Laat het een nacht voor het zaaien weken in een schoteltje met water. De dikke zaadschil wordt dan wat weker waardoor de kieming vlotter verloopt. Het is echter niet noodzakelijk.

Zaai in potjes voor een vroegere oogst. De jonge planten zijn dan half mei klaar om naar buiten te brengen en uit te planten op 10 cm uiteen. Daar is wel meer werk en zorg aan.

Zaai rechtstreeks in volle grond. Maak een sleuf van 2 cm diep en zaai op 5 cm uit elkaar. Hoe minstens 30 cm afstand tot andere planten. Leg een dun laagje aarde erover, druk het aan en geef water. Het kan twee weken duren eer de zaden kiemen.

Voor de teeltafwisseling in de tuin, reken je rode bieten tot de wortel- en knolgewassen.

 

Hoe verzorgen?

  • Als blijkt dat de jonge planten te dik opeen groeien, kan je dunnen. Wie wacht tot de blaadjes 10 cm zijn, kan ze meteen verwerken in de soep of stoven. Of oogst wat kleine knolletjes oogsten voor een vroege proeverij of om ze te verplanten. Zorg ervoor dat de overblijvende bieten minstens 10 cm uiteen staan, zodat ze voldoende kunnen dikken.
  • Rode biet vraagt een goed bemeste grond. Tot enkele weken voor het zaaien, mag je verse mest in de grond werken.

 

Hoe oogsten?

  • Bieten groeien zichzelf uit de grond. Je kan dan ook makkelijk zien of de biet dik genoeg is om te oogsten.
  • Een jong blad kan altijd plukken en rauw verwerken in een slaatje. De grote bladeren zijn te bereiden zoals spinazie.
  • Een rode biet mag je niet te dik laten worden, de fijne smaak is dan weg. Oogst daarom regelmatig de goede maat (4 tot 6 cm dikte) en laat de kleinere exemplaren verder groeien.
  • In de zomer kan je ongeveer vijf weken na de zaai al oogsten. Zo kan dat verder tot aan de eerste winterse dagen.
  • Rode biet verdraagt een beetje nachtvorst, maar je haalt de knollen best tijdig binnen.
  • De bieten zelf kan je rauw raspen of koken. Ze zijn ook geschikt om op te leggen in azijn. Ze laten zich vrij goed bewaren in een plastic zak in de koelkast.

 

Nog wat teelttips

  • Bietenzaad is van nature meerkiemig; er kan dus meer dan één kiemplantje ontstaan uit één zaadkluwen. Recente rassen bevatten in theorie maar één kiem per zaad, maar in de praktijk blijkt soms dat de natuur zich niet laat beperken.
  • Rode biet is vrij van ziekten en plagen.