Veelgestelde vragen rond 'evenementen en verzekeringen'
Is ons evenement verzekerd via de polis 'Verenigingsleven' van Landelijke Gilden?
Als je een evenement organiseert dat bij de doelstellingen van Landelijke Gilden past, gelden de waarborgen van de verzekering die Landelijke Gilden vzw heeft afgesloten voor de werking van haar afdelingen. Denk aan tractorparades, hoeve- en dorpsfeesten, gymkana's, opendeurdagen, processies en nog veel meer. Er zijn enkele uitsluitingen zoals bijv. wielerwedstrijden. De verzekering biedt waarborg voor je 'Burgerlijke Aansprakelijkheid (BA)' als organisator + rechtsbijstand bij dossiers BA, voor 'Lichamelijke Ongevallen' van leden en vrijwilligers én voor je aansprakelijkheid bij schade aan toevertrouwde (niet-gehuurde) goederen.
Moeten we de namen van onze helpers doorgeven aan Leuven?
Vrijwilligers die het bestuur komen helpen bij de organisatie van een evenement, zijn verzekerd voor hun aansprakelijkheid tegenover derden en bij lichamelijke ongevallen. Of ze nu lid zijn of niet, speelt geen rol. Je moet hun namen niet vooraf aan 'Leuven' of KBC doorgeven. Dat wil niet zeggen dat je voor jezelf geen goed overzicht moet bijhouden van de namen van de vrijwillige helpers én de taken die je hen toevertrouwd. Als er zich een ernstig ongeval zou voordoen, is het belangrijk dat je kan aantonen dat de betrokken vrijwilligers op vraag en onder toezicht van het bestuur actief waren. Normaal zal je deze info opnemen in het verslag van de voorbereidende vergaderingen én zal je voor de dag zelf een overzichtelijk schema opmaken.
Als je een evenement met verschillende verenigingen samen organiseert, is iedere vereniging zelf verantwoordelijk voor de vrijwilligers die zij zelf inzetten. Maak hierover vooraf duidelijke afspraken. Als er lokale feitelijke verenigingen bijzijn die zelf geen verzekering hebben, kunnen deze beroep doen op de gratis vrijwilligersverzekering van Vlaanderen.
Waarom vraagt de gemeente een verzekering 'objectieve aansprakelijkheid' af te sluiten?
De bij wet geregelde verzekering ‘objectieve aansprakelijkheid’ is een verzekering die er voor zorgt dat bezoekers of toevallige passanten die schade lijden door een brand- of ontploffing op je evenement, vergoed worden zonder dat er al een uitspraak is over wie nu echt verantwoordelijk is. De verzekeraar ‘objectieve aansprakelijkheid’ zal de schade in een later stadium terugvorderen van de door de rechtbank aangewezen aansprakelijke. Deze wetgeving is ontstaan na een brand in een hotel waarbij feestversieringen in brand vlogen met dodelijke afloop voor een aantal aanwezigen.
De wetgever bepaalt wie deze verzekering moet afsluiten. In principe zijn dit de eigenaars van de 'infrastructuur' (zaal, winkel, ...). Bij tijdelijke gelegenheden (bijv. een loods of een tent) zal het de organisator zijn. Opgelet! Als je de tijdelijke gelegenheid slechts eenmalig gebruikt, ben je vrijgesteld van de verplichting een verzekering objectieve aansprakelijkheid af te sluiten. Maar als je jaarlijks dezelfde loods gebruikt of een meerdaagse manifestatie in een loods of tent organiseert, is het gebruik niet meer sporadisch en moet je de verzekering wel afsluiten. Nog een uitzondering: ook als je een openluchtterras uitbaat dat groter dan 50 vierkante meter is, moet je een verzekering objectieve aansprakelijkheid afsluiten.
Het is de burgemeester die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de wet. Bij twijfels of zo’n verzekering nodig is, kan men zich tot hem wenden. Een verzekering objectieve aansprakelijkheid is overigens niet zo duur en wordt in praktijk misschien wat te weinig afgesloten.
Moeten we een extra verzekering afsluiten als we een tent gebruiken?
Je kan deze vraag op verschillend wijzen lezen.
Een eerste lezing: Is schade door onze tent verzekerd?
Als uitbater van de tent kan je landelijke gilde aansprakelijk gesteld worden voor schade die de tent veroorzaakt aan derden. Bijv. wanneer je tent wegvliegt door de wind en op een auto valt. Het is aan de schadelijder om te bewijzen dat jullie een fout hebben gemaakt die de oorzaak is van de geleden schade. Hebben jullie de tent slecht rechtgezet en/of onvoldoende beveiligd, dan kan het zijn dat jullie aansprakelijk worden gesteld. Heeft de verhuurfirma dit gedaan, zal deze aangesproken worden. In het geval de landelijke gilde aansprakelijk is, komt onze verzekering tussen volgens de voorwaarden van de polis. Opgelet! In geval van een natuurramp kan de verzekeringsmaatschappij 'overmacht' inroepen. Dan ben je als gilde niet aansprakelijk en blijft de schade liggen waar ze ligt: bij de schadelijder die er zelf voor opdraait.
Een tweede lezing: Is schade aan onze tent verzekerd?
Als de tent eigendom is van je landelijke gilde, of als de tent gehuurd is, is schade aan de tent uitgesloten van waarborg binnen onze verzekering. Als landelijke gilde draai je dan zelf op voor de kosten. Daarom is het goed dat je bij de verhuurder navraagt of in de verhuurprijs een verzekering 'alle risico's' is inbegrepen. Is dit niet het geval, sluit dan zo'n verzekering af bij een lokale verzekeringsmakelaar.
Als je aansprakelijk wordt gesteld voor schade aan een tent die je gratis mag gebruiken, dan kan je gebruik maken van de beperkte waarborg 'toevertrouwd goed' uit onze polis. Het maximumbedrag per schadegeval is € 12.400 met een vrijstelling van € 200. Opgelet! De waarborg geldt niet voor schade die aangebracht wordt tijdens het rechtzetten of afbreken van de tent, noch voor schade die door derden aan de tent wordt aangebracht. In praktijk is de waarborg 'toevertrouwd goed' vooral interessant voor partytentjes die je gratis uitleent van derden.
Kunnen we als landelijke gilde gebruik maken van de gratis Vlaamse vrijwilligersverzekering?
Landelijke Gilden vzw is door de Wet op het vrijwilligerswerk verplicht om een verzekering 'Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid' af te sluiten voor de aangesloten afdelingen. De gratis Vlaamse vrijwilligersverzekering dekt in principe dezelfde risico's als onze verzekering. Om dubbele verzekering te vermijden, kan je als landelijke gilde geen beroep doen op deze verzekering. Enkel indien je een activiteit organiseert die niet bij een normaal programma van een landelijke gilde hoort of als je op gelijkwaardige voet zou samenwerken met verschillende kleine lokale feitelijke verenigingen, kan je er nog (samen) beroep op te doen.